Mijnheer pastoor wint een reis naar Zwitserland voor twee personen , en
vraagt moeder overste mee.
Daar aangekomen zijn alle hotels volgeboekt, behalve één waar de
bruidssuite nog vrij is.
Ah nee ", zegt Moeder overste, "ik heb de kuisheidsgelofte afgelegd en
mag niet met een man slapen."
"Ofwel slapen we in de bruidssuite, ofwel blijft ge hier de hele nacht
maar staan", zegt mijnheer pastoor.
Ze gaat dan maar akkoord en ze gaan naar de kamer.
Daar aangekomen vliegt moeder overste naar het venster.
Ze trekt het venster open en neemt een handvol sneeuw.
Ze trekt hare rok omhoog en smeert de sneeuw tussen haar benen.
"Wat doet gij nu?" vraagt mijnheer pastoor.
"Ik ben mijn maagdelijkheid aan 't bevriezen zodat ze onberijdbaar is
gelijk de wegen hier" zegt moeder overste.
Waarop mijnheer pastoor zijn broek laat zakken en zijn paternoster rond
zijne piet draait.
"Maar mijnheer pastoor, wat doet gij nu?" vraagt moeder overste.
" Awel ", zegt mijnheer pastoor, " ik leg mijn sneeuwkettingen op!"
===============